Witbalans - een belangrijk hulpmiddel

In fotografie (en dus in video’s en afbeeldingen) heeft belichting een uitgesproken effect op de scène: van een warm oranje van kaarslicht tot een koud blauw in de schaduw van een rij huizen of in de bergen met een heldere, blauwe lucht. Het menselijke brein is in staat deze kleurverschillen aan te passen, en een wit object wordt gezien als wit zelfs wanneer de belichting een andere tint geeft. In zekere zin, voert ons brein een automatische witbalans uit gebaseerd op objecten die we kennen als wit: een vel wit papier, porselein of de witte jurk van een bruid.

Een foto of afbeelding zal een wit of kleur-neutraal object tonen met een tint gebaseerd op de kleur van de lichtbron(nen) en het omgevingslicht, waarmee het, op gezette momenten, een geel, rood, groen of blauwachtige toon wordt gegeven. Dit lijkt niet juist en moet gecorrigeerd worden. In het ideale geval, is de opnameapparatuur ingesteld op de juiste witbalans voordat de scène wordt opgenomen. De meeste camera’s doen het tamelijk goed met de automatische witbalans bij het nemen van (enkele) afbeeldingen. Bij filmen wordt echter geen automatisch witbalans gebruikt. Dat is omdat zelfs in situaties met constante belichting, de witbalans, die automatisch wordt gemaakt door de camera fluctueert wanneer het detail wijzigt of de gefilmde persoon zelfs met zijn/haar arm beweegt. Dit beïnvloed de beoordeling van de camera en leidt tot kleurwijzigingen die erg moeilijk zijn te corrigeren bij de nabewerking.

In het geval uw apparatuur de witbalans niet juist heeft ingesteld, kunt u de effecten Witbalans of Witbalans (LMS) gebruiken om elke onjuiste tint te verwijderen. In deze inleiding gebruiken we het effect Witbalans (LMS). LMS staat voor lang, gemiddeld en kort en is een kleurruimte die de respons representeert van de drie typen kegeltjes van het menselijke oog, genoemd naar de ontvankelijkheid (gevoeligheid) voor pieken in de lange, gemiddelde en korte golflengten.

Effect witbalans (LMS-ruimte)

De kleurenkiezer rechts naast het kleurenpaneel Neutrale kleur kan gebruikt worden om de kleur te selecteren die verondersteld wordt om wit te zijn. Klik erop en selecteer daarna een gebied in de Project- of Clipmonitor door de kleurenkiezer er over te slepen. En dat is alles om te doen!

Natuurlijk hebt u een neutraal (grijs of wit) gebied in uw bron nodig. Als dat niet het geval is kunt u de schuifregelaar Kleurtemperatuur gebruiken voor enige aanpassing.

De standaard waarde is 6.495. Waarden boven dat tot 15.000 maken de afbeelding “koeler”/blauwer, waarden eronder tot 1.000 maken het “warmer”/meer amber of meer oranje. De waarden zijn niet echt graden Kelvin (K) maar geven de trend aan.

De schuifregelaar stelt ook fijn af een kleur geselecteerd met de kleurenkiezer of het kleurenpaneel voor de Neutrale kleur waarmee de afbeelding warmer of koeler gaat lijken.

Het effect Witbalans werkt hetzelfde behalve dat Kleurtemperatuur is genoemd Groene tint die de bronafbeelding wijzigt van magenta (=0) naar groen (=10.000). Er zijn gevallen waar u beide effecten zou willen stapelen en spelen met de schuifregelaars.